IJzerman Background Image

Hoe voorkom je termijnen-stress bij een Bibob-onderzoek?

Veel Bibob-onderzoekers herkennen het waarschijnlijk wel: de druk op een Bibob-onderzoek, omdat de termijn bijna verloopt. Wat kunnen de gevolgen zijn als het niet lukt een Bibob-onderzoek op tijd af te ronden? Binnen welke termijn moet eigenlijk worden beslist en wat gebeurt er met deze termijn als in het kader van het Bibob-onderzoek de Bibob-vragenlijst wordt uitgereikt, aanvullende vragen worden gesteld of advies wordt gevraagd aan het LBB? Op deze vragen gaan wij in dit artikel in en hopen zo bij te dragen aan het voorkomen van termijnen-stress.[1]

Termijnen

De termijn waarbinnen een bestuursorgaan op een aanvraag moet beslissen, kan per vergunning verschillen. Het uitgangspunt is dat het bestuursorgaan binnen de bij wettelijk voorschrift bepaalde termijn op de aanvraag dient te beslissen. Als bij wettelijk voorschrift echter geen beslistermijn is bepaald, dan moet worden beslist binnen een redelijke termijn na ontvangst van de aanvraag.[2] Voor drie veelvoorkomende vergunningen, de exploitatievergunning, de alcoholwetvergunning en de omgevingsvergunning, zal op de beslistermijn worden ingegaan.

Exploitatievergunning

De beslistermijn voor een exploitatievergunning is in de regel opgenomen in een gemeentelijke verordening. In de APV voor de gemeente Amsterdam is bijvoorbeeld bepaald dat binnen acht weken op een aanvraag moet worden beslist en dat deze beslistermijn met maximaal acht weken kan worden verlengd.[3]

Alcoholwetvergunning

In de Alcoholwet is geen beslistermijn opgenomen. Als ook in een gemeentelijke verordening geen beslistermijn voor de aanvraag van een Alcoholwetvergunning wordt gegeven, dan dient volgens de Awb te worden beslist binnen een redelijke termijn van acht weken na ontvangst van de aanvraag.[4] Indien dit niet lukt, moet het bestuursorgaan binnen deze acht weken aan de aanvrager laten weten binnen welke redelijke termijn wel kan worden beslist.[5]

Omgevingsvergunning bouw en milieu

De Wabo kent twee soorten voorbereidingsprocedures: de reguliere en de uitgebreide. De reguliere voorbereidingsprocedure geldt, tenzij de uitgebreide voorbereidingsprocedure van toepassing is.[6] Tussen deze procedures bestaan enkele verschillen. Een verschil ziet op de beslistermijn. Bij de reguliere voorbereidingsprocedure is de beslistermijn acht weken na ontvangst van de aanvraag.[7] Deze termijn kan één keer met maximaal zes weken worden verlengd.[8] Bij de uitgebreide voorbereidingsprocedure is de beslistermijn zes maanden na ontvangst van de aanvraag.[9] Ook deze termijn kan onder omstandigheden één keer met maximaal zes weken worden verlengd.[10] Een ander verschil is dat indien bij de reguliere voorbereidingsprocedure niet binnen de termijn op de aanvraag wordt beslist, de vergunning van rechtswege wordt verleend.[11] Bij de uitgebreide voorbereidingsprocedure is dit niet het geval.

Opschorting

Handelingen in verschillende stadia van het Bibob-onderzoek kunnen maken dat de beslistermijn tijdelijk wordt stilgezet. Zo kan de beslistermijn worden opgeschort door het uitreiken van de Bibob-vragenlijst en het stellen van aanvullende vragen tijdens het eigen onderzoek en door het aanvragen van advies bij het LBB.

Uitreiken Bibob-vragenlijst en aanvullende vragen eigen onderzoek

De aanvrager dient aan het bestuursorgaan de gegevens te verstrekken die voor de beslissing op de aanvraag nodig zijn en waarover hij redelijkerwijs de beschikking kan krijgen.[12] Als de door de aanvrager aangeleverde gegevens onvoldoende zijn voor de beoordeling van de aanvraag, dan kan het bestuursorgaan de aanvrager de mogelijkheid geven de aanvraag binnen een bepaalde termijn aan te vullen. De beslistermijn wordt dan opgeschort tot de dag waarop de aanvrager de aanvraag heeft aangevuld of de gestelde termijn voorbij is zonder dat de aanvrager van de mogelijkheid tot aanvulling van de aanvraag gebruik heeft gemaakt.[13]

Het eigen onderzoek start doorgaans met het uitreiken van de Bibob-vragenlijst. De betrokkene dient aan het bestuursorgaan de gegevens te verstrekken die nodig zijn voor het eigen onderzoek.[14] Met de Bibob-vragenlijst kan onder meer inzicht worden verkregen in de personen die betrokken zijn bij een onderneming of project en de wijze van financiering. Deze gegevens zijn essentieel voor een Bibob-onderzoek, omdat de conclusie wordt gebaseerd op antecedenten van de vermogensverschaffers en de personen die bij de onderneming betrokken zijn. Als het bestuursorgaan met de ingevulde Bibob-vragenlijst te weinig gegevens heeft om het Bibob-onderzoek uit te kunnen voeren, dan kan de aanvrager om aanvullende gegevens worden verzocht. Een verzoek om de Bibob-vragenlijst in te vullen of om aanvullende gegevens te verstrekken, moet een termijn bevatten waarbinnen de aanvraag moet worden aangevuld. Daarnaast moet de aanvrager er in het verzoek op worden gewezen dat de aanvraag buiten behandeling kan worden gesteld indien de gevraagde gegevens niet binnen de gestelde termijn worden aangeleverd.[15] Een verzoek om benodigde gegevens dat aan deze voorwaarden voldoet, heeft opschorting van de beslistermijn tot gevolg.

De beslistermijn kan meerdere keren worden opgeschort. In de Awb, en ook in de Wabo, is niet bepaald dat dit maar één keer kan.[16] Dit in tegenstelling tot het verlengen van de beslistermijn waarvoor bijvoorbeeld met betrekking tot omgevingsvergunningen uitdrukkelijk in de wet is opgenomen dat dit eenmalig is.[17] Ook uit de jurisprudentie volgt dat het bestuursorgaan de beslistermijn meermaals kan opschorten.[18] Het ligt uiteraard wel in de rede dat het bestuursorgaan aanvullende gegevens zoveel mogelijk in één keer bij de aanvrager opvraagt. Aangeleverde gegevens kunnen echter nieuwe vragen opwerpen, waardoor het bestuursorgaan de aanvrager nogmaals de gelegenheid moet kunnen geven de aanvraag aan te vullen en de beslistermijn opnieuw wordt opgeschort.

Adviesaanvraag LBB

Het aanvragen van advies bij het LBB schort de beslistermijn van het bestuursorgaan op. De adviesaanvraag moet hiervoor uiteraard wel binnen de beslistermijn worden gedaan. Het LBB heeft een adviestermijn van acht weken die eenmalig met maximaal vier weken kan worden verlengd.[19] Als het LBB in de eerste acht weken aan de betrokkene of het bestuursorgaan vraagt om ontbrekende of aanvullende gegevens die noodzakelijk zijn voor het advies, dan wordt de adviestermijn van het LBB opgeschort totdat deze gegevens zijn ontvangen.[20] De beslistermijn van het bestuursorgaan wordt in principe opgeschort totdat het advies is ontvangen. Als het LBB echter de wettelijke adviestermijn overschrijdt, dan duurt de opschorting van de beslistermijn van het bestuursorgaan niet langer dan de maximale wettelijke adviestermijn.[21] Voor het aanvragen van een aanvullend advies geldt naar onze mening hetzelfde als voor een regulier advies. De wet spreekt immers alleen over advies; het onderscheid tussen regulier en aanvullend advies bestaat dan ook niet. De beslistermijn van het bestuursorgaan wordt bij een aanvullend adviesaanvraag dus opnieuw opgeschort.

Overschrijding

Indien het Bibob-onderzoek niet op tijd kan worden afgerond en het bestuursorgaan zodoende niet op tijd op de aanvraag beslist, kan dat verschillende gevolgen hebben. Zoals aangegeven wordt een omgevingsvergunning waarop de reguliere voorbereidingsprocedure van toepassing is bij overschrijding van de beslistermijn van rechtswege verleend. Overschrijding van de beslistermijn kan verder bestuursrechtelijk gezien een dwangsom wegens en beroep tegen het niet tijdig beslissen tot gevolg hebben. Civielrechtelijk gezien kan overschrijding van de beslistermijn leiden tot aansprakelijkstelling op grond van onrechtmatige daad.

Dwangsom

Als het bestuursorgaan de beslistermijn overschrijdt, dan kan de aanvrager het bestuursorgaan schriftelijk in gebreke stellen. Indien het bestuursorgaan dan niet binnen twee weken alsnog op de aanvraag beslist, verbeurt het bestuursorgaan aan de aanvrager een wettelijke dwangsom voor elke dag dat het in gebreke is met een maximum van 42 dagen.[22]

Beroep

Indien het bestuursorgaan niet op tijd op de aanvraag beslist, kan de aanvrager daarnaast beroep instellen bij de bestuursrechter.[23] Hiervoor dient de aanvrager het bestuursorgaan ook eerst schriftelijk in gebreke te stellen. Als het bestuursorgaan vervolgens niet binnen twee weken alsnog een besluit neemt, dan kan beroep worden ingesteld bij de bestuursrechter.[24] Het beroep hoeft niet binnen een specifieke termijn te worden ingesteld, maar mag ook niet onredelijk laat worden ingediend.[25] Als het beroep gegrond is, dan moet het bestuursorgaan binnen twee weken alsnog op de aanvraag beslissen.[26] Beroep tegen niet tijdig beslissen schort een wettelijke dwangsom overigens niet op.[27] Indien het bestuursorgaan na gegrondverklaring van het beroep niet alsnog binnen twee weken op de aanvraag beslist, verbeurt het bestuursorgaan aan de aanvrager een (nadere) rechterlijke dwangsom.[28]

Aansprakelijkstelling

De aanvrager kan bij overschrijding van de beslistermijn de gemeente op grond van onrechtmatige daad aansprakelijk stellen voor door de termijnoverschrijding veroorzaakte schade. Overschrijding van de beslistermijn is op zichzelf onvoldoende voor een onrechtmatige daad. Daarvoor zijn bijkomende omstandigheden nodig waarbij bijvoorbeeld de mate van termijnoverschrijding, de reden(en) voor termijnoverschrijding en de kenbare belangen van de aanvrager een rol kunnen spelen. Overschrijding van de beslistermijn door het wachten op een LBB-advies is in principe niet onrechtmatig.[29] Van aansprakelijkheid voor door termijnoverschrijding veroorzaakte schade zal dan ook niet snel sprake zijn.

Afsluiting

Bij een vergunningaanvraag dient een bestuursorgaan binnen een bepaalde termijn te beslissen. Deze termijn verschilt per vergunning. Het uitreiken van de Bibob-vragenlijst, het stellen van aanvullende vragen en het aanvragen van een LBB-advies kunnen ervoor zorgen dat de beslistermijn wordt opgeschort. Als het Bibob-onderzoek niet op tijd kan worden afgerond en de beslistermijn wordt overschreden, dan kan dat het verbeuren van een dwangsom, beroep wegens niet tijdig beslissen en aansprakelijkstelling tot gevolg hebben.

De nieuwsbrief ontvangen?

Meld u zich dan onderaan de homepagina aan.

Voetnoten

[1] Hoewel de Wet Bibob ook kan worden toegepast op vastgoedtransacties, subsidies en aanbestedingen, is dit artikel enkel gericht op vergunningen en dan specifiek op vergunningaanvragen.

[2] Artikel 4:13 lid 1 Awb.

[3] Artikel 1.4 lid 1 en 2 APV Amsterdam 2008.

[4] Artikel 4:13 lid 1 en 2 Awb.

[5] Artikel 4:14 lid 3 Awb.

[6] Artikel 3.7 lid 1 Wabo.

[7] Artikel 3.9 lid 1 Wabo.

[8] Artikel 3.9 lid 2 Wabo.

[9] Artikel 3.10 lid 1 Wabo en artikel 3:18 lid 1 Awb.

[10] Artikel 3.10 lid 1 Wabo, artikel 3:18 lid 2 Awb en 3.12 lid 8 Wabo.

[11] Artikel 3.9 lid 3 Wabo en artikel 4:20b lid 1 Awb.

[12] Artikel 4:2 lid 2 Awb.

[13] Artikel 4:15 lid 1 onder a en artikel 4:5 lid 1 onder c Awb. De beslistermijn wordt opgeschort vanaf de dag na de dag waarop het bestuursorgaan de aanvrager heeft verzocht de aanvraag aan te vullen.

[14] Artikel 7a lid 2 Wet Bibob.

[15] ABRvS 30 november 2016, ECLI:NL:RVS:2016:3189, r.o. 8.2. Zie voor een Bibob-zaak waarin het verzoek om aanvullende gegevens de beslistermijn niet opschortte, omdat het bestuursorgaan zonder de gevraagde gegevens wel op de aanvraag kon beslissen Rb. Amsterdam 25 juni 2007, ECLI:NL:RBAMS:2007:BB4191.

[16] Zie voor omgevingsvergunningen ook de website van Kenniscentrum InfoMil (Mag slechts één of meerdere keren aanvullende informatie worden gevraagd?).

[17] Artikel 3.9 lid 2 Wabo (reguliere voorbereidingsprocedure) en artikel 3.12 lid 8 Wabo (uitgebreide voorbereidingsprocedure).

[18] Zie bijvoorbeeld ABRvS 13 maart 2019, ECLI:NL:RVS:2019:812, r.o. 3.3.

[19] Artikel 15 lid 1 en 3 Wet Bibob.

[20] Artikel 15 lid 2 Wet Bibob.

[21] Artikel 31 Wet Bibob.

[22] Artikel 4:17 lid 1 en 3 Awb.

[23] Artikel 6:2 aanhef en onder b, artikel 8:1 en artikel 7:1 lid 1 aanhef en onder f Awb.

[24] Artikel 6:12 lid 2 Awb.

[25] Artikel 6:12 lid 1 en 4 Awb.

[26] Artikel 8:55d lid 1 Awb.

[27] Artikel 4:17 lid 5 Awb.

[28] Artikel 8:55d lid 2 Awb.

[29] Hof Den Haag 31 maart 2015, ECLI:NL:GHDHA:2015:641, r.o. 2.4; HR 11 januari 2013, ECLI:NL:HR:2013:BX7579, r.o. 3.3 en 3.9; HR 22 oktober 2010, ECLI:NL:HR:2010:BM7040, r.o. 3.4.2.

Scroll